begroting 2019

3.1 Lokale heffingen

Uitwerking financiele kaders per heffing cq groep van heffingen

Uitwerking financiële kaders per heffing c.q. groep van heffingen

Hieronder maken wij per heffing c.q. groep van heffingen de relevante kosten en mate van kostendekkendheid inzichtelijk. Via "overige toe te rekenen kosten" worden kosten betrokken bij de kostendekkendheid die niet op het taakveld staan van de heffing. Op onderdelen kan sprake zijn van enigszins afgeronde bedragen die beperkt afwijken van de exacte bedragen op de programma’s en in de administratie.

De toerekening van overhead is hiervoor onderbouwd. BTW is expliciet geregeld in de gemeentewet. Voor wat betreft de kosten van straatvegen en baggeren is op basis van activiteiten en doelstellingen een matrix gemaakt ter onderbouwing van het deel van de kosten dat relevant is in relatie tot het rioolrecht en de afvalstoffenheffing.

Matrix toerekening kosten straatvegen en baggeren
Deze matrix is een handreiking van de VNG waarbij een beredeneerde inschatting is gemaakt van de toe te rekenen kosten in de Amstelveense situatie. De doorwerking van de parameters heeft geen consequenties voor de te hanteren tarieven.

Straatvegen:

Baggeren:

kostendekkendheid in begroting en rekening
Bij het bepalen van de kostendekkendheid in begroting en rekening inclusief de verwerking van verschillen tussen begroting en rekening gelden de volgende uitgangspunten:

Directe lasten en baten op het taakveld van de heffing

  • de directe lasten en baten op het taakveld van de heffing maken integraal onderdeel uit van de verantwoording van de kostendekkendheid (rekent af met de voorziening). In de begroting zijn dit de geraamde directe lasten/baten, in de rekening zijn dit de werkelijke directe lasten/baten;

Overige toe te rekenen kosten

  • als algemene regel geldt dat de primitief bepaalde bedragen voor de overige toe te rekenen kosten het gehele jaar van kracht zijn (begroting = rekening; voorcalculatie = nacalculatie);
  • hierop geldt één uitzondering: het bedrag voor overhead kan door specifieke besluitvorming (bijvoorbeeld krimp/groei) en/of gehanteerde systematiek van kostentoerekening afwijken in de begroting na wijziging en op rekeningbasis;
  • de op te nemen bedragen voor straatvegen en baggeren worden periodiek bij de begroting getoetst en indien nodig geactualiseerd aan de hand van de VNG-matrix;
  • voor de overige onderdelen worden de gehanteerde begrotingsramingen getoetst aan de werkelijke cijfers. Dit kan leiden tot aanpassing in de eerstvolgende op te stellen begroting.

Verrekeningen met de egalisatievoorzieningen rioolrecht, huishoudelijk afval en Zorgvlied

  • begrotingswijzigingen sluiten via een verrekening met de voorziening;
  • de afwijking op de regel "saldo kosten -/- heffing" tussen de rekening en de begroting na wijziging wordt verrekend met de egalisatievoorziening (dekkingspercentage blijft dan gelijk);
  • het dekkingspercentage bedraagt in de rekening maximaal 100%. Als het percentage hoger uitkomt in de rekening wordt een bedrag gestort in de egalisatievoorziening waarna het dekkingspercentage 100 bedraagt.

Rioolrecht

Financieel overzicht

De concrete toepassing van de hiervoor omschreven uitgangspunten leidt tot onderstaand financieel overzicht (bedrag x € 1.000).

RIOOLRECHT

2019

1. Taakveld riolen

1a. lasten

7.371

1b. baten, exclusief heffingen

-22

1c. Verrekening met voorziening

-211

1d. netto kosten taakveld riolen

7.138

2. Overige toe te rekenen kosten

2a. straatvegen

322

2b. baggerkosten

81

2c. overhead

492

2d. BTW

839

2e. overige toe te rekenen kosten

1.734

3. Totaal voor rioolrecht relevante kosten

8.872

N

4. Opbrengst heffing rioolrecht

4a. geraamde opbrengst excl. evt. tariefvoorstel

-8.569

4b. evt. tariefvoorstel 2019

0

4c. totale opbrengst rioolrecht

-8.569

V

6. Dekkingspercentage

96,6%

Toelichting bij financieel overzicht

  • Bovenstaand overzicht komt uit op een kostendekking van afgerond 97%. In totaal mag afgerond € 8,9 miljoen aan kosten in de tariefstelling worden betrokken. Tot dusver is dit in het Amstelveense beleid niet maximaal ingevuld. Het budgettaire kader gaat uit van een opbrengst rioolrecht van € 8,6 miljoen. Mede vanwege de nieuwe “boekhoudregels” (BBV) is sprake van verschuivingen binnen de begroting in de toerekening van kosten. Deze administratieve verschuivingen bieden weliswaar de ruimte om meer kosten door te berekenen in de tarieven, maar er is geen verplichting om dat te doen. Het bestaande beleid is een terughoudend beleid ten aanzien van tariefverhogingen. Leidend is het budgettaire kader, c.q. het verwerken (waar nodig) van reële kostenmutaties in de tarieven.
  • Binnen de rioolexploitatie is de herberekening van het verloop van de kapitaallasten een zwaarwegende factor. In de eerste plaats speelt daarbij de jaarlijkse actualisering op basis van de feitelijke voortgang van de werkzaamheden (doorwerking jaarrekening en nieuw Uitvoeringsprogramma werken Buitenruimte, inclusief uitvoering Gemeentelijk Rioleringsplan 2015-2020). In de tweede plaats is dit jaar sprake van een verlaging van de rekenrente van 4,5% naar 4% conform raadsbesluit van 20 juni 2018 (vaststelling jaarrekening 2017).
  • Al met al geeft de kostenontwikkeling in samenhang met de stand van de egalisatievoorziening riolen en het meerjarig perspectief geen aanleiding voor een tariefsaanpassing.

Afvalstoffenheffing

Financieel overzicht

De concrete toepassing van de hierboven omschreven uitgangspunten leidt tot onderstaand financieel overzicht (bedrag x € 1.000).

HUISHOUDELIJK AFVAL

2019

1. Taakveld huishoudelijk afval

1a. lasten

7.195

1b. baten, exclusief heffingen

-1.100

1c. Verrekening met voorziening

0

1d. netto kosten taakveld huishoudelijk afval

6.095

2. Overige toe te rekenen kosten

2a. straatvegen

269

2b. kwijtschelding

555

2c. handhaving

157

2d. overhead

1.714

2e. BTW

790

2e. overige toe te rekenen kosten

3.485

3. Totaal voor huish. afval relevante kosten

9.580

N

4. Opbrengst heffing afvalstoffenheffing

4a. geraamde opbrengst excl. evt. tariefvoorstel

-8.523

4b. evt. tariefvoorstel 2019

-170

4c. totale opbrengst afvalstoffenheffing

-8.693

V

6. Dekkingspercentage

90,7%

Toelichting bij financieel overzicht

  • Bovenstaand overzicht komt uit op een kostendekking van afgerond 91%. In totaal mag afgerond € 9,6 miljoen aan kosten in de tariefstelling worden betrokken. Tot dusver is dit in het Amstelveense beleid niet maximaal ingevuld. Het budgettaire kader gaat uit van een opbrengst afvalstoffenheffing van € 8,7 miljoen. Mede vanwege de nieuwe “boekhoudregels” (BBV) is sprake van verschuivingen binnen de begroting in de toerekening van kosten. Deze administratieve verschuivingen bieden weliswaar de ruimte om meer kosten door te berekenen in de tarieven, maar er is geen verplichting om dat te doen. Het bestaande beleid is een terughoudend beleid ten aanzien van tariefverhogingen. Leidend is het budgettaire kader, c.q. het verwerken (waar nodig) van reële kostenmutaties in de tarieven.
  • Belangrijkste mutaties in de afvalexploitatie zijn de loon- en prijsontwikkeling 2019 en structureel hogere kosten van een nieuw contract voor de verwerking van hout, puin, bouwafval, c.a. (€ 0,15 miljoen). Dit laatste is ook gemeld in de Perspectiefnota.
  • Aan de opbrengstenkant is rekening gehouden met een indexering van de tarieven.
  • Geen rekening is gehouden met een door het Rijk aangekondigde nieuwe afvalbelasting met ingang van 2019. Invoering betekent een kostenstijging van € 0,25 miljoen. In dat geval zal de structurele dekking worden betrokken bij het tariefvoorstel 2020. De incidentele dekking 2019 zal in de loop van het jaar worden bezien in relatie tot de lopende exploitatie en/of de egalisatievoorziening.
  • Voor de meerjarige kostenontwikkeling is ten slotte van belang de uitvoering van het “Grondstoffenplan 2017-2021”, vastgesteld in de raadsvergadering van 22 maart 2017. Deze besluitvorming gaat ervan uit, dat dit plan budgettair neutraal gerealiseerd kan worden doordat de lasten van nieuwe investeringen worden gedekt, c.q. terugverdiend door lagere verwerkingskosten.

Zorgvlied

Financieel overzicht

De concrete uitwerking leidt tot onderstaand financieel overzicht  (bedrag x € 1.000).

ZORGVLIED

2019

1. Taakveld Zorgvlied

1a. lasten

3.364

1b. baten, exclusief heffingen

-313

1c. Verrekening met voorziening

-120

1d. netto kosten taakveld Zorgvlied

2.931

2. Overige toe te rekenen kosten

2a. Reservemutaties

-23

2b. overhead

971

2c. BTW

2d. overige toe te rekenen kosten

948

3. Totaal voor Zorgvlied relevante kosten

3.879

N

4. Opbrengst heffing rechten Zorgvlied

4a. geraamde opbrengst excl. evt. tariefvoorstel

-3.716

4b. evt. tariefvoorstel 2019

-74

4c. totale opbrengst Zorgvlied

-3.790

V

6. Dekkingspercentage

97,7%

Toelichting bij financieel overzicht
Uitgangspunt voor Zorgvlied is een kostendekkende exploitatie op basis van een meerjarig bedrijfsplan. Op dit moment is een nieuw bedrijfsplan voor de komende jaren in voorbereiding. Bovenstaand overzicht laat een saldo zien van € 88.000 als gevolg van verschuivingen in de kostentoerekening. Dit relatief beperkte en administratief te duiden saldo valt wat ons betreft binnen de marges van de afgesproken kostendekkende exploitatie. In afwachting van het nieuwe bedrijfsplan geeft ons dit geen aanleiding tot nadere bijsturing.

Bouwleges
Een voorstel voor de bouwleges 2019, inclusief uitvoering van de motie groene leges, is in voorbereiding voor de raadsvergadering van december. Onderdeel van dit voorstel is ook een actuele onderbouwing van de kosten en opbrengsten voor 2019.

Burgerzaken
Financieel overzicht
De concrete toepassing van de hierboven omschreven uitgangspunten leidt tot onderstaand financieel overzicht (bedrag x € 1.000).

BURGERZAKEN

2019

1. Taakveld Burgerzaken

1a. lasten

2.796

1b. baten, exclusief heffingen

0

1c. netto kosten taakveld Burgerzaken

2.796

2. Overige toe te rekenen kosten

2a. overhead

1.258

3. Totaal voor Burgerzaken relevante kosten

4.054

N

4. Opbrengst Burgerzaken

4a. geraamde opbrengst excl. evt. tariefvoorstel

-1.879

4b. evt. tariefvoorstel 2019

-38

4c. totale opbrengst Burgerzaken

-1.917

V

6. Dekkingspercentage

47,3%

Toelichting bij financieel overzicht
Op het onderdeel Burgerzaken is sprake van een dekkingspercentage van afgerond 50 dat spoort met het uitgangspunt voor de verhouding op dit onderdeel tussen werkzaamheden die wel en niet onder de legesheffing vallen. De kostendekkendheid staat onder druk vanwege:

  • Door het rijk bepaalde maximumbedragen voor leges.
  • Toenemende wettelijke taakverzwaringen rond bestrijding van adres- en identiteitsfraude. De gemeente heeft de wettelijke opdracht zorg te dragen voor een Basisregistratie Personen (BPR) waarvan de kwaliteit zo dicht mogelijk bij de 100% ligt. Investeren in de kwaliteit van het BRP en de fraudeaanpak vraagt extra personele inzet. De kosten van deze extra werkzaamheden kunnen niet uit leges worden gedekt en het Rijk geeft hiervoor ook geen aparte compensatie. Voor 2019/2020 zijn eenmalige middelen beschikbaar gesteld via de Kadernota 2018 en de Perspectiefnota 2019. Daarnaast wordt gewerkt aan een totaalplan Publiekzaken voor de langere termijn.

Onroerende zaakbelastingen (OZB)
De onroerende zaakbelastingen zijn de belangrijkste gemeentelijke belastingen. De onroerende zaakbelastingen bestaan uit een belasting voor het gebruik (alleen niet-woningen) en een belasting voor het eigendom (woningen en niet-woningen). De totale OZB-opbrengst voor het aanslagjaar 2019 bedraagt € 21,2 miljoen.

Door de aantrekkende economie is de leegstand bij niet-woningen gedaald van 14% naar 11%. Dit heeft een positief effect op de OZB-opbrengst.

Tarieven 2019
Met betrekking tot de tariefbepaling OZB zijn twee verschillende zaken van belang:

  • In de eerste plaats is sprake van een indexering van het tarief op basis van de loon- en prijsontwikkeling. Voor 2019 betekent deze inflatiecorrectie een verhoging van de tarieven met 2%.
  • In de tweede plaats vindt jaarlijks een waardetaxatie van het onroerend goed plaats ("hertaxatie WOZ"). Op basis van de hieruit voortvloeiende waardeverhoging of –verlaging, wordt het tarief respectievelijk naar beneden of naar boven bijgesteld om de OZB-opbrengst gelijk te houden. Voor de gemeente als geheel leidt de hertaxatie dus niet tot een andere OZB-opbrengst. Op individueel niveau treden wel verschillen op als de uitkomst van de hertaxatie afwijkt van de gemiddelde waarde ontwikkeling in de gemeente.

Voor 2019 is vooralsnog rekening gehouden met een gemiddelde waarde stijging door hertaxatie van 9% voor woningen en 2% voor niet-woningen. Dit is een eerste inschatting ten tijde van de opstelling van de begroting. In de raadsvergadering van december 2018 volgt een definitief tariefvoorstel als de hertaxatie grotendeels is afgerond.

De lokale waardeontwikkeling woningen in Amstelveen ligt boven het landelijk gemiddelde. Dit leidt tot nadelige herverdeeleffecten op de algemene uitkering gemeentefonds. De bestaande gedragslijn is, om dit nadeel niet via het OZB-tarief "door te berekenen aan de inwoners", maar naast de andere begrotingsontwikkelingen in de meerjarenbegroting in te passen. Inwoners betalen hun OZB aanslag uit hun inkomen en niet uit de waardeontwikkeling van hun huis. Wij vinden het niet redelijk om de nu bekende nadelige herverdelingseffecten voor Amstelveen in het gemeentefonds als gevolg van de waardeontwikkeling te compenseren door lastenverhoging voor inwoners.

Overige heffingen
Bij de overige heffingen spelen twee ontwikkelingen die beide een plek krijgen in het nieuwe College Uitvoeringsprogramma:

  • Ter uitvoering van een door de raad aangenomen motie volgt een voorstel om de hondenbelasting af te schaffen.
  • Een groei van de hotelsector en het aantal overnachtingen leidt tot stijgende opbrengsten toerismebelasting.